De zwarte Els

 

Alder catkins by Stephen Craven is licensed under CC-BY-SA 2.0

 

De naam Glutinosa verwijst naar de kleverigheid van de knoppen en jonge bladeren. Zwarte is toegevoegd om te benadrukken dat de schors van de jonge bomen donkerbruin is, in tegenstelling tot de schors van bijvoorbeeld de grauwe of witte els.

Eigenschappen

Elzen die zwart zijn, hebben een wortelgestel dat niet al te diep is, waarmee ze veel vocht uit de bodem opnemen. Deze bomen kunnen een hoogte bereiken van 25-30 (35) m, maar dit komt zelden voor. Elzen kunnen zich vermeerderen door middel van uitlopers, wat meestal resulteert in meerstammigheid. De stammen zijn recht en lopen ver door tot in de kroon. De takken zijn kaal.

In het begin is de schors glad, glanzend grijsbruin met een vroege vorming van donkergrijs tot zwartbruin, schilferig en met groeven.

De knoppen zijn kale knoppen die op een steeltje staan. De zwarte els is gemakkelijk te onderscheiden door de grotere, omgekeerde eivormige bladeren. De top is afgerond, uitgerand en de randen zijn grof dubbel gezaagd. Deze bladeren kunnen een lengte hebben van 4-11 cm en hebben 5-6 (of 8) nervenparen. De onderzijde van de bladeren is kaal, met uitzondering van de nerfoksels. De stelen van deze plant zijn 2-3,5 cm lang en de jonge delen zijn kleverig.

De zwarte els heeft maar één stam. De mannelijke katjes zijn houtachtig en blijven bij rijpheid zoals bij berk (Betula) in stukken. Ze zijn langwerpig, variërend van 6 tot 12 cm. Tijdens de bloei hangen ze slap en het stuifmeel wordt door de wind verspreid. De vrouwelijke vruchtkatjes zijn ovaal, roodbruin en komen vaak met drie tot vijf stukken samen. De elzenproppen worden gevormd door de vrouwelijke bloemen, waarvan de schutbladeren houtig zijn geworden. De vruchtjes zitten in de oksels van de bloemen.

De zwarte els bezit eigenschappen die het hout ervan uitermate bestand maken tegen verrotting, zelfs wanneer het volledig onder water blijft (bijvoorbeeld als heipaal).

Ecologie

De zwarte els is winterhard en lichtminnend en kan groeien op alle bodemsoorten, variërend van klei, veen en zand tot natte, overstroomde, slechtbeluchte en kalkarme bodems. Op diep doorluchte, kalkrijke en vruchtbaardere gronden zal de plant zich ontwikkelen tot een echte boom. Desondanks is de zwarte els gevoelig voor droogte op kalkarme bodem.

In elzenbossen komen typische soorten dieren voor, zoals sijzen (op de elzenpropjes) en insecten, zoals het elzenhaantje ( Agelastica alni ) en Hemichroa crocea .

Inheemse elzen profiteren van een symbiotische relatie met bacterie Frankia alni, die in knolletjes aan hun wortels voorkomt. Deze symbiose levert de elzen stikstofverbindingen uit de lucht, waardoor hun arme bodem verrijkt wordt. Deze stikstofverrijking heeft dan weer effect op de ondergroei, waarin meestal brandnetels aangetroffen worden.

Distributie

De zwarte els heeft een enorm verspreidingsgebied, spanning van West-Europa tot Japan en Noord-Afrika. In België en Nederland is de soort algemeen, maar het is minder frequent in het berggebied.

Cultivars

De term ‘cultivar’ beschrijft een verscheidenheid aan planten die selectief zijn veredeld voor specifieke kenmerken. Het kan ook gebruikt worden om naar de planten zelf te verwijzen. Het proces van het kweken van planten door middel van selectieve veredeling staat bekend als “cultivatie”. Deze techniek wordt gebruikt om gewenste eigenschappen in planten te produceren en kan worden gebruikt om hun opbrengst, smaak en andere kenmerken te verbeteren.

  • In vergelijking tot de gewone zwarte els is A. glutinosa ‘Aurea’ een zwakke groeier. De jonge schors is oranje en de bladeren zijn geel, met name in het voorjaar.
  • A. glutinosa ‘Imperialis’ is meer een struik dan een boom, met ranke stammen die trager groeien dan de soort. De bladeren hebben een diepe insnede, lijnvormige lobben en een gaafrandig uiterlijk.
  • A. glutinosa ‘Laciniata’ is een kleine struik met zeer kleine bladeren, die een zeer zwakke groei vertoont. De bladeren zijn stomp gelobd.
  • A. glutinosa ‘Pyramidalis’ heeft een zuilvormige groeiwijze en is kleiner en smaller dan de soort. Zelfs in een kleinere, natte tuin past het er goed bij.
  • Het bekijken van de bladeren van de zwarte els

Langwerpige katjes van het mannetje en die met steel bij de vrouwtjes

De bloembladen van de vrouwelijke bloeiwijzen, ofwel Elzenproppen.

In het najaar is er een overvloed aan katjes te vinden die van de zwarte els afkomstig zijn.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *